Vorige week rond deze tijd zaten vriendlief en ik nog in Boedapest vanwege het 12,5 jaar bestaan van het bedrijf waar hij werkt.
Vrijdagmorgen vroeg vertrokken we om half 5 ‘s morgens naar Schiphol en maandagavond om elf uur stapten we weer in zijn huis binnen.
De reis heen verliep spoedig en op de terugreis hadden we een kleine vertraging van 20 minuten.
De vlucht duurde 1 uur en 45 minuten. Ik blijf het bijzonder vinden dat je in zo’n korte tijd 1.145,93 km verder zit.
We hebben veel van Boedapest gezien en gek hoe na 2 dagen de stad al een beetje vertrouwd aanvoelde in de route die we liepen van en naar het hotel.
Het hotel waar we zaten was prachtig en verborgen achter een zware houten deur. Vanf de buitenkant zou je niet zeggen dat er een hotel zat.
De dagen waren gevuld met (veel) wandelen, gezelligheid, lekker eten, beetje relaxen en genieten.
Boedapest is een mooie culturele stad, maar wel met veel geluid en geur. Net als in veel gote steden is er ook armoede en zagen we veel mensen die op straat leven.
Er waren ruim voldoende souvenier shops en massage salons. (Ja, dat viel mij op.)
Maar er waren ook heel veel prikkels. Vooral het geluid van politie, ambulances en auto’s in de straat kon je niet missen.
Qua geur kreeg ik zoveel tegelijk binnen….op het ene moment rook het heerlijk naar vanille, het volgende moment een rioollucht, geur van kruiden in eten weer naar uitlaatgassen. Dat allemaal in een korte tijd. Het ene werd eigenlijk net verwerkt of het volgende kwam. Ik had dan ook echt momenten nodig om even rustig bij te komen van alle indrukken.